De afgelopen dagen het
boek “Niemand zingt Dylan” van Tom Willems gelezen. Een prima
boek, voor de Dylan-fan. Voor algemene muziekliefhebbers of
Dylan-fans is het boek te specifiek – wat heb je er aan of een
persing welke catalogusnummer heeft meegekregen? Of welk B-kantje bij
welke singel hoort?
Desondanks is vooral dit
speurwerk dat dit vijfde boek van Willems weer een genot is om te
lezen, gecombineerd met zijn prettige schrijfstijl. Je waant je even
naast Dylan, en vooral in zijn Nederlandse dagen tijdens concerten –
dat is immers waar Willems zich op richt in zijn boek(en) en weblog.
Driewerf hulde dus.
Zonder enige ironie. Want ik vermoed dat er weinig 'Dylanologen' zijn
die zo nauwgezet werken als deze blogger. Mooi, dus.
Toch is er ook iets wat
jeukt. Willems specialiseert zich enorm in Dylan – dat is hem te
prijzen, want het levert na degelijk spitwerk prima resultaat op.
Maar tegelijk suggereert het lezen van Willems' boeken dat de gehele
moderne popmuziek rust op de schouders van de 'song and danceman'.
Alsof The Beatles, The Rolling Stones en Queen (om maar eens drie
namen te noemen) op meer dan gepaste afstand fungeren in de wereld
van de muziek.
Een specialisatie kan een
kokervisie ontwikkelen. Dat is niet erg, als je hier maar bewust van
bent. Daarmee wil ik het werk van Dylan voor de muziek en literatuur
niet tekort doen – evenmin de grote voorliefde voor één
specifieke artiest of band. Het zou jammer zijn als Willems niet meer
zijn licht laat schijnen op onze gemeenschappelijke “vriend”.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten