Afgelopen zondag was Ernst Jansz de gast in de BOBcast van de VPRO. Een aangenaam gesprek van zo'n anderhalf uur. Het ging natuurlijk over de twaalf vertalingen die Jansz maakte van Dylan-teksten. Over de kunst van het vertalen. Maar ook over de lancunes binnen het vertaalwerk.
Jansz vertelde eerlijk dat hij niets heeft met religie. Een van zijn moeder geërfde 'gezonde weerstand tegen religie', noemde hij dat. Een echo van wat hij in Dromen Van Johanna ook al een keer onder woorden bracht. De Bijbel is Jansz onbekend, de verhalen zitten niet of niet goed in zijn eigen literaire bagage. Dat maakt het vertalen voor hem lastig, omdat hij dus niet dezelfde bronnen heeft als zijn vertaalobject.
Een eerlijke bekentenis. Onder meer deze opmerking maakt het gesprek met de Doe Maar-oprichter tot een aangenaam gesprek.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten